Voor veel mensen hebben we uit het niets een probleem erbij de STIKSTOFCRISIS!
Help, we gaan dood door stikstof! Toch? Nee, er is niks aan de hand. De ene dag is de ‘stikstofcrisis’ er niet en dan is hij er wel. Het is niet zo dat de hoeveelheid stiktstof in de lucht plotseling zo hard is gestegen dat mensen bij bosjes neervallen, happend naar adem. Integendeel. Wat ambtenaren en beroepsklagers hebben de ‘stikstofcrisis’ veroorzaakt, of uitgelokt eigenlijk. Die ‘crisis’ kan morgen over zijn. Daarom, in vijf punten: waarom gaat er niemand dood door de stikstofcrisis?
Door alle berichtgeving ben ik vreselijk bang geworden voor stikstof. Maar ik weet niet eens wat het is. Wat is stikstof eigenlijk?
Lekker klinkt het niet, stikstof, maar onschadelijk is het wel. Het zit in de lucht die u inadement, dus eigenlijk is het een vreemde term. U zou eerder stikken door een gebrek aan stikstof. De Fransen noemen het dan ook ‘azote’, zij wel. De stikstofcrisis gaat ook helemaal niet over stikstof zelf, om het nog verwarrender te maken. De ambtenaren die de stikstofcrisis creëerden waren kennelijk niet goed in scheikunde.
Waar het hier om gaat, zijn de stikstofverbindingen (NOx) die vrijkomen bij bouw, verkeer, industrie en landbouw. Deze stoffen slaan neer in de grond en verzuren de grond. Dat kan het milieu beschadigen, de volksgezondheid net zo goed. Een overschot aan NOx zorgt voor ademhalingsproblemen en hartfalen, wat het sterftecijfer meetbaar doet toenemen. Een beetje NOx kan geen kwaad, te veel van de stoffen is wel schadelijk, ‘Te’ is nooit goed, behalve bij tevreden en ‘tequila’.
Aha, we gaan wel degelijk dood door stikstof. Ik ben dus terecht suïcidaal door angst?
Nee, even los van het feit dat het niet om stikstof gaat, maar NOx. Door allerlei innovaties is de uitstoot van NOx sinds de jaren ’90 gehalveerd. Het lijkt erop dat die trend zich zal voortzetten, de vooruitzichten zijn dus goed. Als de uitstoot van NOx al dertig jaar op de politieke agenda staat en deze daalt, dan is het dus heel vreemd om in 2019 ineens een ‘crisis’ te hebben.
Overigens zijn niet alle sectoren van de Nederlandse economie even effectief in het terugdringen van de uitstoot. De landbouw heeft de uitstoot gehalveerd en zit op het gemiddelde van alle sectoren. In de energievoorziening is men erin geslaagd de uitstoot met 82 procent terug te dringen, mede door het filteren van afvalgassen. Huishoudens stoten nu 76 procent minder uit dan in 1990, wat vooral komt door schonere auto’s.
De sector die ervoor zorgt dat de uitstoot toch slechts halveert, ondanks die spectaculaire innovaties, is ‘vervoer en opslag’. Nederland is handelsland, weet u nog, er moeten allemaal containers met plastic rommel uit China naar Duitsland verscheept worden. Vrachtwagens worden wel schoner, net als de auto’s van modale gezinnetjes (brrr) maar door de toename van het handelsvolume neemt de uitstoot van de transportsector niet af. Deze is nu goed voor de helft van alle Nederlandse uitstoot.
Omdat letterlijk alle sectoren van de Nederlandse economie, behalve transport, de uitstoot van NOx zien afnemen, zal dit aandeel alleen maar stijgen. In plaats van een stikstofcrisis zouden we dus van een transportcrisis mogen spreken. Kunnen die Duitsers die rommel niet invliegen, dan mogen wij hier wel gewoon huizen bouwen?
Overigens is de regering voornemens om bouwprojecten af te gelasten, ook al heeft Nederland last van een gierende woningnood. De bouwnijverheid heeft de uitstoot echter al meer dan gehalveerd en bouwvakkers zijn samen goed voor slechts drie procent van de totale uitstoot. Dat idee, het stilleggen van bouwprojecten, is dus totale waanzin. Hoe komt een weldenkend mens bij zoiets?
Waarom is er dan toch sprake van een stikstofcrisis? Is het soms een soort bureaucratische terreur?
Dat klopt. De ‘crisis’ heeft geen oorzaak in de natuurlijke toestand der dingen. De uitstoot neemt juist spectaculair af. Maar er is ook zoiets als ambtenarij en die verpest graag het leven van gewone mensen, bijvoorbeeld door de bouw van schaarse woningen aan banden te leggen zonder een millimeter milieuwinst als resultaat. En omdat niemand het wil, is de EU allerlei bevoegdheden naar zich toe aan het trekken. Dat geeft een extra bestuurslaag, die nog veel meer maatschappelijke schade kan berokkenen.
Het begon met EU-richtlijn 92/43 en dan specifiek artikel 6 lid 4. Deze richtlijn wordt ook Natura 2000 genoemd en is erop gericht om de natuur in de EU te ontlasten, tot hier gaat het goed. De hele richtlijn stelt dat landen hun NOx-uitstoot moeten terugdringen en ja, daar geeft Nederland braaf gevolg aan. Het specifieke artikel 6 stelt dat Nederland bij elke verleende vergunning moet kijken of de lokale natuur geen schade ondervindt. Lid 4 biedt de mogelijk om creatief te boekhouden middels ‘compensatory measures’.
Als de uitstoot op de ene plek te hoog is, dan kan Nederland deze op een andere plek verlagen. Zo ontstaat er de mogelijkheid om de totale uitstoot te verlagen, terwijl bepaalde projecten wel doorgang vinden. In het jargon zeggen de ambtenaren dan dat ze ‘ontwikkelingsruimte’ hebben gecreëerd. Zo kan er gebouwd worden maar houden we wel rekening met het milieu, best mooi eigenlijk. De regering noemt dit het ‘Programma Aanpak Stikstof’ (PAS) en gebruikt het als basis voor het verlenen van bouwvergunningen voor de periode van 2015 tot 2021.
Tot hier deed mijn overheid niks verkeerd. Waar gaat het dan fout en op wie moet ik boos worden?
In mei van dit jaar kwam de Raad van State, het hoogste Nederlandse rechtscollege, met de conclusie dat het PAS en alle bouwvergunningen die via het PAS waren verstrekt, onwettig zijn. Dat is waarom men nu wel eens stelt dat ‘Nederland op slot zit’ en sindsdien is er sprake van acute crisis: niet omdat er ineens meer of minder stikstof (of NOx) wordt uitgestoten. De Raad van State volgde met die uitspraak een eerdere uitspraak van het hof van Justitie van de Europese unie in Luxemburg (HJEU). Die kwam in 2018 tot de conclusie dat de vergunning, gegeven aan onder meer een kippenbedrijf in Brabant om een extra stal te bouwen, niet gegeven had mogen worden. Die vergunning was eerder afgegeven door de Provincie Noord-Brabant.
Waarom houdt het HJEU zich bezig met een kippenboer in De Peel? Dat hebben we te danken aan twee mannen. De eerste is Wim van Opbergen, die al veertig jaar beroepsactivist is. Hij maakt zich zorgen om de kwaliteit van de natuur in zijn directe omgeving en hij beschouwt NOx als een grote boosdoener. In het gebied waar hij wandelt zou hij graag meer bloemen zien en minder gras. Gras houdt wel van NOx, de veldbloemen waar Van Opbergen van houdt weer niet. Daarom wil hij dat er minder NOx wordt uitgestoten en sinds 1990 mogen we wel zeggen dat hij op zijn wenken is bediend. Toch gaat hij door, hij heeft in zijn leven drieduizend bezwaarschriften bij de Raad van State ingediend. Daarbij ging het steeds om economische bedrijvigheid in zijn omgeving.
Zijn compaan is Johan Vollebroek van ‘Coöperatie Mobilisation for The Environment U.A.’ Dat is een clubje dat elk jaar zo’n vijftig bezwaarschriften tegen boerenbedrijven inlevert bij de Raad van State. Om de stikstofuitstoot in Van Opbergen zijn wandelgebied verder te reduceren, besluiten ze om samen een reeks al uitgegeven vergunningen aan te vechten. Ze starten een procedure bij het HJEU die ze ook nog eens winnen. In de uitspraak noemt het HJEU dat de methodiek van het PAS met betrekking tot de ‘ontwikkelingsruimte’ niet in overeenstemming met de Europese wet is, specifiek de richtlijn Natura 2000. Als boer X een vergunning krijgt omdat de overheid natuurgebied Y belooft te gaan saneren, dan is het tweede geen afdoende ‘compensatie’ voor het eerste. Eerst moet gebied Y zijn gesaneerd, dan pas mag de vergunning worden verstrekt.
Hoewel het hier gaat om een uitspraak tegen een vergunning verleend aan lokale bedrijven (zoals de kippenboer uit Someren) meent de Raad van State dat het hele PAS daarmee onderuit gehaald moet worden. Dat is natuurlijk niet proportioneel. Het ging om een actie van twee pestkopjes tegen een paar specifieke boeren, dan heeft het geen zin om broodnodige woningbouw elders in het land stil te leggen.
Het is me duidelijk. Er is geen stikstofcrisis. Wat moeten we nu doen?
Ten eerste moet Nederland de uitspraak van het HJEU naast zich neerleggen. Het zal menig jurist woedend maken: ‘die Wellens weet er niks van’ etc., ik zie hun befjes al wapperen. Maar in tijden van chronische woningnood en recentelijk nog een verdubbeling van het aantal daklozen is het stilleggen van achttienduizend bouwprojecten geen redelijke optie. Het ging het duo ook om het pesten van een paar specifieke boeren. Daarbij kozen ze voor een gang naar het HJEU, dat zich vervolgens wel moest uitspreken over het PAS. Dat was dus bijvangst en dat maakt dat de uitspraak een disproportioneel grote impact op de Nederlandse samenleving heeft. Ook zou Nederland niet het eerste land zijn dat Europese regels aan de laars lapt, de Grieken doen al decennia niet anders. Daarom, gewoon lekker doorbouwen en intussen uitzoeken hoe het zit met dat PAS. De bijdrage van de bouw aan de totale uitstoot van NOx was al minimaal.
Bron: LinkedIn Nieuwsblog van Arno Wellens.